Letra de 'Wout, de arme negerjongen' de Zak En As

Kijk! Wout de arme negerjongen
Is stiekem op een schip gesprongen
Goed vermomd als bakbanaan
Met een felgeel jasje aan
Hangt hij reeds vanaf Lagos
Met zes bananen in een tros

O jee. Daar komt de kapitein
De negerjongen maakt zich klein
Te laat, de zeebonk heeft hem door
En buldert in Wouts negeroor:
"Bananen zonder etiket
Worden overboord gezet!"

"Neen", gilt Wout, "Daar komt niks van
Ik ben van Foster Parentsplan
Mijn pleegpaps laat niets van zich horen
Ik heb reeds veel gewicht verloren
Moet als de bliksem naar Heiloo."
De zeebonk bast: "O, zit dat zo."

De stuurman wordt er bij gehaald
En men zet Wout zijn streek betaald:
De knaap moet van de twee zeerobben
Tot bij aankomst dekken schrobben
Doch op de Rotterdamse ka
Ontvangt hem niet zijn pleegpapa

Want 's rijksdouane zit niet stil
En scheurt 't zwartje uit zijn schil
Doch, als zij Wout dan nemen mee
Vormt zich spontaan een comite
En Wout trekt nog die avond in
Bij een roodgetint gezin

Wout krijgt eten en een bed
Doch niet lang duurt deze pret
De arme Wout moet telkens mee
Met zijn actie-comite
Wat in zijn bol het plan doet rijpen
Er stiekum tussenuit te knijpen

De dappere knul komt tot Den Haag
Daar grijpt een heer hem in de kraag
En biedt hem namens de CP
Een carriere op TV
Ach! Wat weet een negerknaap van listen
Van rascisten en fascisten

Wouts relaas wordt opgenomen:
Hoe hij 't land is ingekomen
En hoe dat actiecomite
Hem naar Den Haag toen vluchten dee
Maar plots stokt Wouts televisierede
Een knokploeg heeft het pand betreden

Een Fosterparent te Heiloo
Ziet op zijn scherm de studio
Die progressief wordt platgebrand
Voor de ogen van heel Nederland
Herkent plots Wout, die al vier jaar
Staat ingelijst naast het dressoir

De knaap intussen moet weer mee
Met dat actiecomite
Dat deze inval had gepland
Omdat het Wout ook had herkend
Maar nee, politie arriveert
En ieder wordt gearresteerd

Na verhoor op het bureau
Moet Wout naar de EHBO
Hij kan pas na een week weer staan
Buiten spreekt een vrouw hem aan
Benadert bange Wout voortvarend:
"Wie ben jij? Ik Sonja Barend"

Die avond wordt in gipsverband
Wout getoond aan 't ganse land
Sonja spreekt er schande van
En geeft de schuld aan 't Parentplan
Maar dan verschijnen plots'ling kwaad
Heer Foster en zijn advocaat

Nog voor Wout iets heeft gezegd
Krijgt hij een zwijgplicht opgelegd
Sonja tracht het te verbieden
En roept: "Dit is fascistowiede"
Vergeefs, Wout moet met de auto
Mee naar 't landelijk Heiloo

Hoe wreed, want weer treft arme Wout het slecht
Zijn pleegpaps zegt: " 'k Heb opgezegd
Want met al die hongersnood
Gaat zo'n nikkertje toch maar dood."
Heer Foster, bleker dan een lijk
Dumpt Wout die nacht op de Zeedijk

Maar ai! De ijverige narcoticabrigade
Slaat hem daarbij heim'lijk gade
En wat Heer Foster ook probeert
Hij is en blijft gearresteerd;
Want elke extra neger is
Het korps een bron van ergenis

Kijk! Wout de arme negerjongen
Is stiekum op een schip gesprongen
Goed vermomd als Leidse kaas
Is hij nu weer eigen baas
Het zeeschip gooit de trossen los
En wendt de steven naar Lagos